Bandeninformatie

Wat is de juist bandenspanning?

De bandenspanning is van groot belang. Niet alleen voorkomt u hiermee onnodige slijtage maar met de juiste bandenspanning blijven de optimale rij- en remeigenschappen behouden. De band kan maximaal presteren waarbij ook het risico van aquaplanning zal afnemen. Ook heeft u bij de juiste bandenspanning de minste rolweerstand. Dit verhoogt de levensduur van de band . Controleer minimaal één keer per 2 maanden uw bandespanning. Vergeet hierbij ook uw reservewiel niet.

De juiste bandenspanning voor uw auto (afhankelijk van type en uitvoering) vindt u in het instructieboekje of op een sticker die de fabrikant op de auto heeft aangebracht (Meestal op een van de deurposten van de voorportieren, aan de achterzijde van de zonneklep of aan de binnenkant van de brandstofklep).

Wanneer moet ik mijn banden vervangen?

Het is verstandig om banden regelmatig te laten controleren door uw bandenspecialist. Door ze regelmatig te controleren kunnen defecten vroegtijdig geconstateerd worden en daardoor kan de levensduur van de banden verlengd worden en eventuele gevaarlijke situaties beperkt blijven.

  1. Moderne autobanden bieden veel bescherming tegen lekrijden. Mocht u onverhoopt toch een lekke band hebben is het noodzakelijk snel te stoppen en de band te vervangen. Een lek gereden band dient men altijd van de velg te laten verwijderen om op verdere beschadigingen te onderzoeken. Als reparatie aan een band nodig en mogelijk is, dient dit zo snel mogelijk te gebeuren om verdere inwendige schade te voorkomen.
  2. De wettelijke minimale profieldiepte in Europa is 1,6 mm (winterbanden 4 mm). Het is echter raadzaam om de banden bij uiterlijk 2 mm te vervangen. In de profielgroeven van een band bevinden zich slijtage-indicatoren genaamd TWI (Tread Wear Indicator). Wanneer het profiel van de band versleten is tot aan deze indicatoren heeft de band de minimale wettelijke profieldiepte bereikt.
  3. Bepaalde factoren van buitenaf kunnen beschadigingen of schade veroorzaken aan de band. U kunt hierbij denken aan scherpe voorwerpen zoals spijkers en schroeven, maar ook stoepranden of andere obstakels. Wanneer de schade dusdanige gevolgen heeft dat het karkas van de band beschadigd of zichtbaar is moet de band vervangen worden. Laat bij twijfel altijd de band beoordelen door een bandenspecialist.

De profieldiepte van een band.

Nieuwe banden hebben, afhankelijk van het type, tussen de 7 mm en 9,5 mm profiel. Dit profiel zorgt voor optimale eigenschappen onder wisselende omstandigheden. De wettelijke minimale profieldiepte is voor alle personenwagenbanden in Europa 1,6 mm. Het is echter veiliger de banden bij uiterlijk 2 mm te vervangen. Bij winterbanden wordt de slijtagegrens al bij 4 mm restprofiel bereikt wat betreft de winterse eigenschappen. Winterbanden met minder dan 4 mm restprofiel zijn in principe geen winterbanden meer.

In het profiel van de band bevinden zich slijtage-indicatoren TWI (Tread Wear Indicator) die het naderen van de slijtagegrens aangeven.